Het blijkt dat er in de tweede helft van 2013 flink minder plofkraken zijn gepleegd bij banken in Nederland. Misschien weet je niet precies wat dit zijn en daarom gaan we dit eerst toelichten voordat we verder gaan met het nieuwsbericht. Bij een plofkraak wordt een geldautomaat zwaar beschadigd of tot ontploffing gebracht zodat de bankbiljetten kunnen worden meegenomen.

Criminelen laten bijvoorbeeld gas in een geldautomaat lopen nadat de openingen van het apparaat met rubber of siliconen zijn gedicht. Ook worden de automaten met een auto geramd die vervolgens in brand worden gestoken om bewijzen te vernietigen. De werkwijze kan ook iets zeggen over de ervaring van de crimineel want er is onderscheid tussen de zogeheten prof en amateur.

Amateurs richten vaak enorme schade aan zonder dat ze toegang krijgen tot de kluis van de geldautomaat. Je kunt de daad dan als nutteloos beschouwen want er is helemaal niets buitgemaakt door de criminelen. Goede inbraakbeveiliging helpt niet, want een plofkraak kan niet voorkomen worden. Wel kan men maatregelen treffen die het moeilijker maken om de biljetten mee te nemen.

Scherpe daling

De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) meldt dat er in de eerste helft van 2013 93 plofkraken zijn gepleegd maar dat het er in de tweede helft ‘slechts’ 36 waren. Omgerekend is dat een daling van meer dan 60 procent. Het totaal aantal gevallen bedroeg 129, waardoor er twee meer gepleegd zijn dan in 2012.

Volgens de NVB is de daling het gevolg van de intensieve samenwerking tussen de politie en banken. Vanaf juni heeft dit geresulteerd in tientallen arrestaties. Verder wordt er veel gedaan om maatregelen te nemen. Zo zouden banken tientallen miljoenen euro’s investeren in maatregelen die bedoeld zijn om de plofkraak te laten falen en de pakkans te vergroten.